In november 2014 gingen wij voor ruim drie weken naar Nieuw Zeeland. Met een camper trokken we over beide eilanden. We begonnen bij Auckland (Noordereiland) en eindigden bij Christchurch (Zuidereiland). In een aantal logs zal ik verslag doen van deze reis. Vandaag deel 10.
Zondag 23 november
Na het ontbijt rijden we naar Invercargill voor de boodschappen. Daarna richting Fortrose voor het begin van de rondrit door de Catlins. De zuidoostkant van het Zuidereiland is zeer schilderachtig en biedt bijzondere natuurverschijnselen. Gefossiliseerde bomen, prachtige watervallen, gele stranden, hoge kliffen en geheime grotten maken dit gebied, dat meestal de Catlins wordt genoemd naar een van de vroegere landeigenaren van rond 1840, tot een unieke attractie. Langs de kustlijn van afwisselend kliffen en gouden zan- en surfstranden leven diverse dieren, zoals de zeldzame hectordolfijnen, pinguïns, robben en zeeleeuwen.
Bij Otara bezoeken we Waipapa Point. Er staat hier een vuurtoren en er liggen zeehonden op het strand (en in het gras langs het pad).
Waipapa Point Lighthouse
Bij Curio Bay bekijken we het Petrified Forest en zien we een pinguïn naar zee waggelen. Porpoise bay laat ons echter geen dolfijnen zien.
In iets minder dan 40 minuten lopen we naar McLean falls.
McLean Falls (na dagen van regen)
De wandeltocht naar de Cathedral Caves gaat vanwege het tij niet lukken (alleen bereikbaar bij laag water en het is nu vloed). Door de regen van de afgelopen dat zijn de Purakaunui Falls veel groter dan de fotos in de reisgids doen suggereren.
We sluiten de rit af met een bezoekje aan Nugget Point, ook hier staat een vuurtoren.
Nugget Point Lighthous
Ook op deze plek zien we weer de New Zealand Furr Seals.
Vanaf Balclutha pakken we de SH1 op. Bij (Lake) Waihola vinden we een camping voor de nacht.